Menu
Het trimmen is de gehele verzorging van de honden- en kattenvacht. De vacht wordt geborsteld, de klitten worden verwijderd en de nagels worden geknipt. Het dier wordt gecontroleerd op parasieten of wondjes en de oren worden nagekeken en schoongemaakt.
De honden worden gewassen en geföhnd en zo van de losse haren ontdaan. Door de grote verscheidenheid aan verschillende vachten van honden zijn er diverse behandelingen mogelijk.
Afhankelijk van de vacht van u hond zal ik scheren, knippen of effileren of een combinatie van deze drie gebruiken. De ruwharige honden worden geplukt, dit zijn bijvoorbeeld de Ruwhaar Teckel, Jack russel Terriër et cetera.
Het scheren, knippen of effileren is het inkorten en uitdunnen van de vacht om zo het gewenste model te krijgen. Afhankelijk van de vachtverzorging thuis is het aan te raden de hond elke twee à drie maanden naar de trimsalon te brengen.
Het plukken van ruwharige honden gebeurd uitsluitend als de hond ‘plukrijp’ is. Dit wil zeggen dat de bovenste haren (dekharen) loslaten zodat deze ruimte maken voor de nieuwe dekharen. De honden die twee keer per jaar worden geplukt houden alleen hun ondervacht over. Het is verstandig om deze honden tussen de plukbeurten door naar de trimsalon te brengen voor een was- en blaasbehandeling. Doordat de losse ondervacht eruit geblazen wordt, worden klitten op deze manier voorkomen.
Er zijn ruwharige honden die vier keer per jaar worden geplukt, deze staan in stripvacht. Hier wordt niet de hele dekhaar eruit gehaald maar een deel van de haar eraf geplukt. Zo blijft de hond wat voller in het haar zitten.
De verzorging van de kattenvacht is heel anders. Een kat kan zijn eigen vacht prima verzorgen door zich te wassen met zijn tong. De enige uitzondering is de Perzisch Langhaar. Deze heeft een klein kopje en lang haar waardoor het nog wel eens lastig is om zijn vacht goed te onderhouden. Verder geldt voor alle gezonde katten dezelfde vacht verzorging; regelmatig met een vochtige microvezel doek erover ‘aaien’ is voldoende, de rest doet de kat zelf.
Tijdens de rui kan de kat wat hulp gebruiken. Een grove houten kam en een kleine “slickerborstel” is voldoende. Met het gebruik van de slickerborstel bootsen we de kattentong na. De grove kam erna gebruiken we kort en hierna sluiten we met de vochtige microvezel doek af. Hoe meer we de kat borstelen, des te meer vacht eruit gehaald wordt. Dit zorgt voor verstoring van de groeicyclus van het haar en dan zal de kat meer gaan verharen. Sommige katten hebben last van tranende ogen, waardoor verkleuring van de vacht onder de ogen kan ontstaan. Elke dag de ogen en plooien eronder goed reinigen is dan ook aan te raden.
Een kat die zijn vacht niet goed kan verzorgen kan wijzen op medische klachten of aandoeningen. Verstandig om deze goed door de dierenarts te laten onderzoeken. Katten met bijvoorbeeld gebitsproblemen of pijnlijke bek, wast zichzelf niet graag. Ook oudere katten kunnen door bijvoorbeeld artrose last hebben van gewrichten en zijn niet meer zo lenig om de achterkant goed te wassen. Katten zijn erg stress gevoelig wat ook een reden kan zijn dat deze zich niet prettig voelt en zijn vacht niet goed verzorgd. Raadpleeg dan altijd eerst de dierenarts voor een medische onderzoek.